Een dag als verzorgende op de PG

21 december 2022

Julot de Vries

De wekker gaat voor mij al vroeg deze morgen. Om stipt kwart voor 7 spring ik op de fiets want om 7 uur begint mijn shift op de PG-afdeling bij de Waalboog in Nijmegen. Als tweedejaars geneeskunde studente ben ik hier helpende op een afdeling voor oud-dementerenden. Wat mij trok aan dit werk is dat ik praktijkervaring kan opdoen en de kans krijg om meer met patiënten in contact te komen. Door het werken als helpende in een verzorgingstehuis zie ik een kant van de zorg die ik tijdens mijn studie niet veel zie. Ik vind het belangrijk om ook met deze kant van de zorg kennis te maken.

Het is een koude ochtend in december en het heeft gevroren, ik fiets snel door naar de Waalboog. Eenmaal binnen loop ik naar de overdracht. Langzaam druppelen mijn collega’s binnen. We schenken wat thee en koffie in en praten even bij. Vervolgens horen we van de nachtdienst of er nog bijzonderheden zijn. Gelukkig was het een rustige nacht en valt er niet veel te melden.

Rond half 8 loop ik met mijn collega’s de afdeling op, ik moet lachen om de grote kerstboom die er staat en het geprojecteerde kampvuur op de tv. ‘’Net echt!”. Samen met mijn andere twee collega’s begin ik de bewoners uit bed te halen, te wassen en ontbijt te geven. De ene bewoner is makkelijker te helpen dan de ander. De een loopt zelf de douche al in wanneer je deze aan zet, terwijl je de ander veel meer moet begeleiden en sturen. Deze uitdaging is wat mijn werk leuk maakt.  Geen enkele dag, maar ook geen enkele bewoner is hetzelfde. Elke dag sta je voor een nieuwe uitdaging. In het begin was het best zoeken welke aanpak het beste werkt bij welke bewoner. Het is leuk om te zien dat je hier na een tijdje handigheid in krijgt.

Tijdens het helpen wassen en aankleden is het belangrijk dat je duidelijk bent, de meeste bewoners zijn namelijk best vergeetachtig. Ik help een bewoner met aankleden en zet als laats de pet op z’n hoofd die hij altijd draagt. ‘’Wat lief, krijg ik die zomaar van jou als cadeau?’’. ‘’Nee meneer deze pet is van u”. Meneer lijkt het niet goed te begrijpen en kijkt stralend naar de pet. Ik lach terug en speel het spelletje mee. ‘’ Staat je goed! Ga maar alvast zitten op de stoel dan kom ik zo terug met een boterham met worst en wat melk’’.

S’ middags merk ik dat de bewoners wat drukker en onrustiger worden. Ik neem een bewoner mee uit wandelen. De waalboog is gelegen in de bossen dus het is heerlijk om af en toe even naar buiten te gaan. We verzamelen wat kastanjes onderweg en lopen naar het buurtcafé. Daar drinken we een cappuccino. Mevrouw lijkt hier erg van te genieten en lepelt het hele kopje leeg. ‘’Zo he, jij had dorst’’ zeg ik lachend. Mevrouw moet ook lachen en we lopen samen terug naar de afdeling.

Tegen de middag speel ik wat spelletjes met een bewoner en verzorg ik samen met mijn collega’s de lunch. Om half 4 zit mijn dag er weer op en mag ik naar huis. Het was een lange dag maar toch zit ik op de fiets naar huis met een tevreden gevoel.

Mijn werk is voor mij geslaagd als ik iets heb kunnen bijdragen aan een leuke dag voor een oudere. Of dit nou is door ze een kopje koffie te brengen of door een spelletje met ze te doen, zodra ik die lach zie op hun gezicht word ik spontaan ook blij.